Kantoorjargon betekenis
Net als bijvoorbeeld in de muziek, het voetbal of de horeca kent het kantoorleven zijn eigen jargon.
Een rocknummer kan een lekkere riff, groove of hook hebben, de buitenspelval is geen kuil maar een simpel stapje naar voren en ‘de witte brigade’ is geen ambulancepersoneel maar het keukenteam. In menig kantoortuin wil ook wel eens onbegrijpelijk uit de hoek komen. Ontbreekt er nog iets? Stuur het in en maak kans op een Bol.com waardebon t.w.v. €100!
Kantoorjargon betekenis
Net als bijvoorbeeld in de muziek, het voetbal of de horeca kent het kantoorleven zijn eigen jargon.
Een rocknummer kan een lekkere riff, groove of hook hebben, de buitenspelval is geen kuil maar een simpel stapje naar voren en ‘de witte brigade’ is geen ambulancepersoneel maar het keukenteam. In menig kantoortuin wil ook wel eens onbegrijpelijk uit de hoek komen. Ontbreekt er nog iets? Stuur het in en maak kans op een Bol.com waardebon t.w.v. €100!
Kantoorjargon betekenis
Net als bijvoorbeeld in de muziek, het voetbal of de horeca kent het kantoorleven zijn eigen jargon.
Een rocknummer kan een lekkere riff, groove of hook hebben, de buitenspelval is geen kuil maar een simpel stapje naar voren en ‘de witte brigade’ is geen ambulancepersoneel maar het keukenteam. In menig kantoortuin wil ook wel eens onbegrijpelijk uit de hoek komen. Ontbreekt er nog iets? Stuur het in en maak kans op een Bol.com waardebon t.w.v. €100!
Cyberverzekering
Neem een gemiddeld verzekeringskantoor, woon een vergadering bij en probeer er kaas van te maken: soms lukt dit alleen als je er al jaren meedraait. Nu weten we dat de WA in WA-verzekering voor Wettelijke Aansprakelijkheid staat en dat de opstal over een huis zelf gaat en de inboedel over wat je erin zet. In deze eeuw is dat woordenboek behoorlijk uitgebreid. Zo is er de evenementenverzekering, handig in pandemische tijden, de cyberverzekering en de verzekering machinebreuk. Dat wordt al ingewikkelder, zeker als deze specifieke, relatief nieuwe soorten worden ‘gepitcht’tijdens een ‘klankbordsessie’ die ‘over het weekend heen is getild’ dus even ‘geparkeerd’ is. Het betekent kortweg dat men er op zijn vroegst maandag uitleg over geeft.
Afko’s
De communicatie op een kantoor geschiedt zelden zonder woorden die op zijn minst dubieus te noemen zijn. ‘Doorcommuniceren’, ‘afkaderen’ en ’terugkoppelen’ maken een gesprek moeilijker dan nodig. Daarbij komen de vele afkortingen, door Jeroen Kuitenbrouwer in zijn boekje Turbotaal ironisch ‘afko’s’ genoemd, die soms wenkbrauwen omhoog doen schieten. ‘Prio’staat voor prioriteit, oké. Maar een ‘bila’? Dat levert in zijn oorspronkelijke vorm al vraagtekens op, namelijk ‘bilateraaltje’ oftewel onderonsje. Er is ook nog een ’trila’ (drie keer raden wat dat betekent), de ‘stavaza’ (geen Spaanse wijndruif, maar de stand van zaken) en aan het eind van de week de al ingeburgerde ‘vrijmibo’ (vrijdagmiddagborrel). En we noemden net ‘oké’, dat we al eeuwen gebruiken. De vermoedelijke geschiedenis achter die ‘o’ en ‘k’ vind je hier. ‘Oké’ wordt trouwens steeds meer gebruikt als we een mededeling nog een plek moeten geven, maar zéker niet ‘oké’ vinden. Werknemer: “Ik ga morgen per direct bij de concurrent aan de slag en geen tien bemiddelaars of advocaten die me tegen kunnen houden!”. De werkgever, vertwijfeld: “Oookeee…”. Ook de afkorting KPI kom je regelmatig tegen in het kantoorjargon. Over de betekenis van deze afkorting hebben we een volledig artikel voor je klaarstaan.
Anglicismen
De vermeende teloorgang van de Nederlandse cultuur is een beladen onderwerp, maar in de taal lijkt men weinig last te hebben van invloeden uit het Engels: de ‘corebusiness’ (hoofdproduct), de ‘meeting’ (vergadering), het ‘on hold’ zetten (stilzetten) en de tenenkrommende ‘getting things done-mentaliteit’, die in een omgeving waar tijd geld is beter gewoon als werklust uitgesproken kan worden. Kantoortaal lijkt dan ook, en daar is niets mis mee, in veel gevallen een poging om de dagelijkse sleur wat interessanter te maken.